60 seconden
Klonk 60 seconden langer dan 1 minuut? Ze wist het niet, ze wist vrij weinig op dit moment. Al haar hersencellen leken lamgelegd om zich voor te bereiden op het grote overleven-of-doodgaan-dilemma, waar ze sinds enkele seconden mee geconfronteerd werd. Kon iets ter wereld zo snel het einde betekenen als een tikkende bom?
'Hugh?' Zijn naam was bijna niet verstaanbaar, het was haast niet meer dan een snak naar adem. Alsof ademhalen het belangrijkste was, wat ze op dat moment kon doen.
50 seconden
Ze probeerde om zich heen te kijken, op zoek naar Hugh, op zoek naar een uitweg, op zoek naar lotgenoten die binnenkort zouden sterven zonder dat te verdienen. Maar haar hoofd weigerde, het weigerde ook maar iets te doen op zo'n cruciaal moment als nu.
Haar verstand, wat inmiddels gelijk liep met het abnormaal snel tikken van haar hart, schreeuwde, net niet boven het angstaanjagende geluid van het einde uit, dat ze moest vluchten, niet aan anderen denken maar zichzelf moest redden, nu, nu, NU!
40 seconden
Vluchten ging niet en dus kon ze zichzelf niet redden. Ze zaten als ratten in de val, al wist ze niet precies wie "ze" allemaal waren. Het enige aan wie ze kon denken, was Hugh en het feit dat hij over ruim een halve minuut samen met haar uit elkaar zou barsten als een ballon die te ver was opgeblazen. Ze vroeg zich af wie hen van de muur zou schrapen.
Ze wist dat er een kans was dat ze het zou overleven, maar die kans had zich verstopt en wilde voorlopig niet te voorschijn komen. Niet voor haar en niet nu. Ze wilde erom smeken.
30 seconden
Wat was een heel mensenleven waard als het nog maar dertig seconden duurde?
De tijd was te kort om een antwoord op die vraag te vinden dan wel te formuleren, haar hoofd te vol om er helder over na te kunnen denken. Haar hele bestaan werd momenteel als een bal heen en weer geslingerd tussen het al dan niet geringe aantal opties die ze had. Het ene woord wat grotendeels voor dit balspelletje zorgde, was Hugh.
Hugh. De letters van zijn naam waren voor altijd op haar ziel getatoeëerd. Nooit meer zou ze hem vergeten. Nooit.
20 seconden
Maar zou ze hem vergeten als het allemaal voorbij was? Nooit was ze gelovig geweest, ze ging alleen naar de kerk als het echt moest, maar was het nuttig nu een kruisje te slaan of een schietgebedje over de lippen te murmelen? Kon je in 20 seconden gelovig worden, kon God je zo snel tot de hemel toelaten, als er al zoiets was als je hele leven ineens ophield?
Haar hele bestaan was in gevaar en zij dacht na over de meest onzinnige onderwerpen. Op de een of andere manier paste het bij haar. Zo wilde ze wel gaan. Als het maar snel ging.
10 seconden
Het geschreeuw om haar heen begon toe te nemen, dat hoorde ze, maar in haar hoofd leek het nog steeds op het gemompel dat het nog niet zo lang geleden was geweest. Zelf wilde ze wel schreeuwen, haar instinct wilde het hardst schreeuwen van iedereen hier, maar haar keel zat helemaal dicht en haar tong leek een dood stuk vlees dat niet meer wilde doen waar hij oorspronkelijk voor was bedoeld en doelloos in haar mond lag. Zelfs zijn naam fluisteren werd haar ontzegd dat was nog ondraaglijker dan het feit dat er straks helemaal niets meer was.
0 seconden
Gebeurde dit echt? Of was dit gewoon een droom? Een nachtmerrie dan?
Een ongelooflijke knal maakte een einde aan alle geluiden die ze ooit gehoord had. Plotseling was het heel erg stil. Alleen in haar hoofd was het chaos.
Door de waas voor haar ogen kon ze nog net mensen zien, rennende mensen, vallende mensen, dode mensen.
Zelf viel ze ook, voor ze ook maar weg kon vluchten. Dat had ze eerder moeten doen, besefte ze nu in een bijzonder helder moment, maar daar was het nu veel te laat voor.
Epiloog
Het wonderlijkste van alles: ze leefde. Er waren buisjes en slangetjes van en naar haar lichaam die ervoor zorgde dat dat mogelijk was, maar toch; ze leefde.
Ze leefde in angst. Niet eens zozeer voor haar eigen leven, maar voor de vraag of Hugh er nog was.
Hugh.
Ze kenden elkaar nog zo kort, maar nu was het gat in haar hart al zo groot en het zou alleen maar groter worden naarmate de onwetendheid toenam.
Een lage mannenstem deed haar bovendrijven uit haar knellende gedachten.
'Mevrouw? Kent u Hugh?' Ze wilde knikken, maar wist plotseling niet meer hoef het moest. Praten lukte niet. Ze hoopte dat het op de een of andere telepathische manier toch overkwam.
'Hij leeft,' ging hij verder en ineens leek haar eigen pijn en zorgen en angsten totaal onbelangrijk. Hij leefde. Meer hoefde ze niet te weten.
Hij leefde en zij leefde en God of wie dan ook met zulke grote machten had daarvoor gezorgd. Ze was hem, haar of het eeuwig dankbaar.
Ik schreef dit verhaal niet in één minuut, maar wel in een week, telkens een stukje. Ik weet niet, ik houd van korte verhalen die heel heftig zijn en toch goed aflopen. Ik word er gelukkig van, in meerdere opzichten.
Pakkend en adembenemend verhaal
BeantwoordenVerwijderenGrappig hoe je steeds sneller gaat lezen naarmate er minder seconden overblijven, superleuk!
Wauw Manon dit is zo mooi! Ook al zijn het maar '60 seconden' toch is het spannend en wordt je er echt in meegesleurd. Liefs
BeantwoordenVerwijderen